Ruzies voorkomen

Kleine ruzies horen erbij. Kinderen leren hiervan. Toch is het fijn om ruzies die niet nodig zijn te voorkomen. Wat kun je doen als ouder?

Tip 1: Tot de leeftijd van twee jaar hebben kinderen moeite met delen. Dwing je kind voor die leeftijd daarom nog niet om zijn speelgoed te delen. Als je kind drie jaar is kunnen ze leren om dingen te delen. Daarbij kan jij als ouder helpen. Bijvoorbeeld door ze om de beurt een rondje met de auto te laten rijden. Daarna is de ander aan de beurt.

Tip 2: Zorg dat je bijvoorbeeld twee dezelfde autootjes hebt. Zo kunnen tweejarige kinderen al samen spelen. Naast elkaar. Met hetzelfde soort speelgoed.

Tip 3: Ga rustig in de buurt zitten als je peuters of kleuters samen spelen. Zo weten ze dat jij er bent als ze je nodig hebben.

Tip 4: Leg uit wat je kind bedoelt en wat hij wil gaan doen. Zeg bijvoorbeeld: ‘Dylan wil graag een hele hoge toren bouwen. Kan je hierbij helpen?’ Hierdoor gaan de kinderen elkaar beter begrijpen.

Tip 5: Soms is ruzie maken een manier om de aandacht van jou als ouder te krijgen. Daarom werkt het vaak goed om kinderen aandacht te geven als ze lief aan het spelen zijn. Zo is het minder vaak nodig om op een negatieve manier aandacht te vragen.

Tip 6: Reageer positief als kinderen elkaar helpen. Benoem wat je ziet. En geef een compliment.

Tip 7: Betrek je kind als een ander kind verdrietig is. Laat hem helpen troosten. Vraag maar aan hem of hij zijn zusje een kusje wil geven. Of dat hij bijvoorbeeld een speelgoedje voor zijn zusje wil pakken.

Tip 8: Leg uit hoe je kind iets kan vragen. Dus in plaats van “Ik wil diehie”, kun je ze leren vragen: “Mag ik nu even met de auto spelen?” Help daarbij met het maken van duidelijke afspraken.

Menu