Een handige manier om een regel te maken is een ‘Als-Dan plan’. Bij ‘als’ vul je een situatie in, en bij ‘dan’ het gewenste gedrag. Je kunt bijvoorbeeld zeggen:
“Als mijn kind vraagt om drinken, dan geef ik hem een beker water.”
- Lees hier meer over het maken van een ‘Als-Dan plan’.
Tips voor het maken van regels.
Maak regels die:
- Zoveel mogelijk positief Hier bedoelen we mee dat de regel zegt wat een kind wel mag doen. Zo is “rustig lopen op de trap” een betere regel dan “niet rennen op de trap”.
- Passen bij de leeftijd van je kind. Zo is het voor een peuter lastig om zijn speelgoed helemaal zelf op te ruimen.
- Duidelijk en makkelijk op te volgen zijn. Herinner je kind aan de regel.
- Zoveel mogelijk gelijk zijn voor iedereen in het gezin.
Voorbeeldsituatie: Het eten van groente bij de warme maaltijd.
Voorbeeldregel: Als we de warme maaltijd eten, dan proeft iedereen minimaal één hapje van de groente.
Voorbeeldsituatie: Het drinken van water.
Voorbeeldregel: Als we ’s avonds gaan eten, dan drinkt iedereen water bij het eten.
Voorbeeldsituatie: Het niet willen gaan slapen.
Voorbeeldregel: Als we het avondverhaaltje hebben gelezen, dan ga je slapen. Je gaat dan niet meer uit bed.
Voorbeeldsituatie: Jas aan de kapstok hangen.
Voorbeeldregel: Als we thuiskomen, dan doen we eerst onze jas uit en hangen deze aan de kapstok.
Is je kind wat ouder en gaat hij al naar school? Dan kun je samen met je kind regels proberen te maken. De kans dat je kind dan meewerkt aan een regel is dan groter.
Door het volgen van deze gratis e-learning kun je samen met je (oudere) kind afspraken maken.
